De Omgevingswet zelf is daarbij een bundeling van diverse ruimtelijke wetten die deze in één enkele kaderwet tracht samen te vatten. Dat betekent dat voor diverse ruimtelijke vraagstukken de Omgevingswet de nodige wettelijke grondslag zal bieden. Thans bestaat het ruimtelijke ordeningsrecht in Nederland niet alleen uit diverse wetten, maar tevens uit diverse lagere wetgeving. Deze regelt met name het materiële recht en de details betreffende de uitvoering van het ruimtelijke ordeningsrecht. In het kader van de nieuwe Omgevingswet zullen deze worden samenvoegt tot slechts 4 AMvBs en één enkele ministeriële regeling.
Het moge duidelijk zijn dat de samenvoeging en praktische uitvoering van deze grootschalige aanpassing van het ruimtelijke ordeningsrecht veel voorbereidingstijd vraagt – reden waarom de Omgevingswet reeds meermaals is uitgesteld. De huidige datum voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet luidt (voorlopig) 1 januari 2023 – waarbij reeds nu onduidelijkheid bestaat of deze termijn, ná reeds diverse keren te zijn uitgesteld – dit keer zal worden gehaald.
Vernieuwing en digitalisering
De Omgevingswet heeft niet alleen vereenvoudiging, maar ook digitalisering en vernieuwing tot doel: aanvragen zullen over het algemeen digitaal worden ingediend en worden behandeld. Daarnaast zal er één aanvraagportaal, het Omgevingsloket, worden geïntroduceerd dat voor burgers en bedrijven de toegang tot diverse omgevingsvergunningen zal openen. Bestuursorganen over het hele land zijn reeds druk bezig om hun software en systemen hierop voor te bereiden – dit overigens met wisselend succes.
Een verdere belangrijke aanpassing en modernisering op ruimtelijk gebied zal ongetwijfeld de verandering van het systeem van meerdere bestemmingsplannen binnen één gemeente naar een systeem waarin per gemeente in beginsel nog maar één zog. “Omgevingsplan” zal bestaan dat de ruimtelijke regels per gemeente definieert. Dit met het doel dat alle regels binnen één enkel plan – en derhalve eenvoudiger – toegankelijk moeten zijn.